2023-09-23 Bladmineerdersexcursie 2023 NEV Snellen in de Blauwe kamer

Bladmineerdersexcursie 2023 NEV Snellen in de Blauwe kamer

23 september 2023, door Violet Middelman & Remco Vos

 

De jaarlijkse bladmineerders excursie van NEV Snellen stond dit jaar gepland op zaterdag 23 september en als gebied werd de Blauwe Kamer bij Rhenen/Wageningen bezocht. Er hadden zich 21 deelnemers gemeld. Helaas ook enkele afmeldingen dus gingen we met 19 man, naast de organisatoren vanuit NEV Snellen; Ben van As, Remco Vos en Violet Middelman. Ook ditmaal vonden we al direct op de parkeerplaats een aantal soorten, zoals de paardenkastanjemineermot (Cameraria ohridella) en de bijvoetbloemkokermot (Coleophora artemisicolella). Daarna troffen we al snel een wilg aan en die leverde de nodige soorten op. Enkele soorten die gangmijnen maken, zoals de schietwilgmineermot (Stigmella obliquella), wilgenslakkenspoormot (Phyllocnistis saligna), eenstipslakkenspoormot (Phyllocnistis unipunctella) en geel-slakkenspoormot (Phyllocnistis valentinensis). En ook nog enkele soorten die vouwmijnen maken, zoals de late wilgenvouwmot (Phyllonorycter pastorella) en de witstreepwilgenvouwmot (Phyllonorycter salictella).


Mijn van de geel-slakkenspoormot - Phyllocnistis valentinensis (foto Remco Vos)

 

Langs het pad stonden ook wat meidoorns, waarop ook weer enkele soorten gevonden werden, o.a. de koker van de Geelkopprunuskokermot (Coleophora spinella), en gangmijnen, soms met rupsjes, van de meidoornmineermot (Stigmella hybnerella) en de Veelkleurige mineermot (Stigmella regiella). Later op de dag vonden we ook nog andere soorten op meidoorn, zoals een mooi gevormde koker van de grote bladkokermot  (Coleophora siccifolia) en de hangmatmot (Lyonetia clerkella), die laatste soort is ook op veel andere soorten te vinden, zoals o.a. op lijsterbes, berk, appel

 

Mijn van de Veelkleurige mineermot - Stigmella regiella (foto Remco Vos)

 

Een soort die op zich heel opvallende mijnen maakt, maar vaak over het hoofd gezien wordt, is de potloodmot (Bedellia somnulentella). De rupsjes zitten in de bladeren van Haagwinde en vreten van het bladmoes. Hierdoor is op die plek al het bladgroen weg en kun je bijna door het blad heen kijken. De frass wordt uit de mijn gewerkt door rupsjes en blijft vaak in een spinsel aan de bladonderzijde hangen.


Mijn met rups van de Potloodmot - Bedellia somnulentella (foto Remco Vos)

 

Gedurende de dag zagen we maar weinig vliegende exemplaren, een enkele dagvlinder liet zich zien en ook de imago’s van de nachtvlinders waren op één hand te tellen. Zo zagen we een Stro-uiltje (Rivula sericealis) en een Oranje kruidenmot (Udea ferrugalis) vliegen en zagen we al zittend in de begroeiing een Windevedermot (Emmelina monodactyla), Bruine herfstuil (Agrochola circellaris) en een Getekende gamma-uil (Macdunnoughia confusa).


Imago van de Getekende gamma-uil - Macdunnoughia confusa (foto Violet Middelman)

 

In de struiken werd ook een mooie groene rups gevonden, een Groente-uil (Lacanobia oleracea). Een heel algemene soort en ook de rups heeft een heel uitgebreid menu aan planten en bomen. Zoals onder andere Hazelaar, wilg, sint-janskruid, kamille, brandnetel, zuring.


Rups groente-uil - Lacanobia oleracea (foto Remco Vos)

 

De imago’s in het genus van de zebramotten (Parornix) zijn zeer moeilijk van elkaar te onderscheiden, als rups / mijn is dat wat eenvoudiger. Op sommige planten zit maar één soort, en soms maken meerdere soorten gebruik van dezelfde waardplant, maar dan zijn de rupsen vaak afwijkend .

Op hazelaar zit de gewone zebramot (P. devoniella). De rups maakt eerst een klein mijntje tussen twee bladnerven, en zal daarna verder leven in een omgevouwen bladrand.  De meidoornzebramot (P. angelicella) heeft als waardplant voornamelijk meidoorn. De rupsjes beginnen met het maken van een heel klein gangmijntje, dat overgaat in een blaasmijn in de bladtop. De mijn zal bruin worden, en door het spinsel van de rups gaan samentrekken. De larve verlaat deze mijn en zal gaan leven in andere bladtop, ook deze mijn zal bruin worden.


20230923_gewone _zebramot_DSCF0051
20230923_Meidoornzebramot_DSCF1011
20230923_fraaie_zebramot_DSCF0964
20230923_sleedoornzebramot_Ico_Hoogendoorn 7567465

Mijn gewone zebramot (Parornix devoniella) & mijn  en rups van de meidoornzebramot (P. angelicella) (foto’s Remco Vos (archief)

 

Lastiger zijn de zebramotten die mijnen op Sleedoorn maken. Zowel rupsen van de sleedoornzebramot (P. finimitella) als de fraaie zebramot (P. torquillella) vormen redelijk gelijke mijnen in de bladeren van de sleedoorn. Het verschil tussen deze twee soorten zie je aan de rups. Van beide soorten zijn de rupsen geelwit of geelgroen, met een lichtbruine kop Maar het verschil zit hem in de pootjes. Die van de sleedoornzebramot zijn zwart en die van de fraaie zebramot zijn geelgroen tot lichtbruin.


Rups van sleedoornzebramot - Parornix finimitella (foto Ico Hoogendoorn) en de fraaie zebramot - P. torquillella (foto Remco Vos)

 

Langs de weg stonden veel struiken van de sleedoorn, daarop vonden we een aantal mijnen, de Pruimenballonmot (Stigmella plagicolella) en Sleedoornhangmatmot (Lyonetia prunifoliella).  Maar een hele leuke vondst waren de eitjes van de sleedoornpage (Thecla betulae). Uit navraag bij de vlinderstichting bleek dat deze daar sinds 1995 niet meer gevonden zijn!

 

Eitje sleedoornpage – Thecla betulae (foto Joey Bom)

 

Rond een uur of vier kwam er een eind aan de excursie en werden Ben en wij door Marja, namens het bestuur van NEV Snellen bedankt voor het organiseren en begeleiden van de excursie. Na het doorlopen van alle waarnemingen zijn we deze dag uitgekomen op 68 soorten nachtvlinders en 5 soorten dagvlinders. Van de 68 soorten nachtvlinders zijn er 40 nieuw voor de Blauwe kamer (bron waarneming.nl en volgens NDFF zijn deze ook de laatste 5 jaar niet gezien). Dit laat dus maar goed zien dat het zoeken naar bladmijnen ervoor kan zorgen dat het voor een verrijking van de soorten in een gebied kan zorgen.


We hebben deze dag nog veel meer soorten gevonden, zie hiervoor onderstaand overzicht



Wij danken het Utrechts landschap voor de medewerking en dat wij in hun gebied de excursie konden houden.


Wil je meer weten over bladmineerders check dan het document dat Ben van, Tymo Muus en wij hebben samengesteld, zie hiervoor deze link.


Geraadpleegde bronnen o.a.


http://www.microvlinders.nl/


https://bladmineerders.nl/introduction/mines/?lang=nl


https://www.vlinderstichting.nl/vlinders


http://www.lepiforum.de/lepiwiki.pl