Kleine vos

Kleine vos - Aglais urticae


Voorkomen: Een zeer algemene standvlinder die verspreid over het hele land voorkomt.


Uiterlijk: De bovenkant van de voorvleugel is roodbruin met een rij blauwe maanvlekken langs de achterrand. Langs de voorrand van de voorvleugel bevinden zich afwisselend enkele zwarte en lichte vlekken en in het middenveld liggen drie zwarte vlekken.

 

Voorvleugellengte: 22-25 mm

 

Foto’s


Gelijkende soorten: Grote vos en Oostelijke vos

 

Vliegtijd: Febrauri-oktober in twee elkaar overlappende generaties.

 

Rups: begin mei-eind september. Jonge rupsen leven in spinselnesten op de waardplant; deze spinselnesten zijn vaak gemakkelijk te vinden. Volwassen rupsen leven solitair en fourageren onbeschut. De eieren worden in groepen afgezet op onderkant van de bladeren van de waardplant. De soort overwintert als vlinder op vochtige en koele plaatsen in bomen en gebouwen.

 

Waardplanten: Grote brandnetel.


Nectarplanten: De vlinders voeden zich met nectar van verschillende soorten planten.

 

Locaties in Eemland: Overal te zien

 

Link:

Vlindernet

 

Bron: www.vlindernet.nl