Eikenpage

Eikenpage - Favonius quercus


Voorkomen: Een vrij schaarse standvlinder die voorkomt op de zandgronden in het binnenland en in de duinen.


Uiterlijk: Bij het mannetje heeft de bovenkant van zowel de voor- als de achtervleugel een blauwpaarse glans. Bij het vrouwtje ontbreekt die glans op de bovenkant van de achtervleugel, die donkerbruin tot zwart van kleur is; op de bovenkant van de voorvleugel bevindt zich een blauwpaarse vlek. De onderkant van de vleugels is overwegend grijs. Aan de achtervleugel bevindt zich een klein staartje.

 

Voorvleugellengte: ca. 16 mm

 

Foto’s




Gelijkende soorten: -

 

Vliegtijd: Begin juli-eind augustus in één generatie.

 

Rups: Half april-eind juni. Jonge rupsen boren zich in een bladknop; grotere rupsen leven in een ijl spinsel en fourageren vooral 's nachts. De soort overwintert als ei.

 

Waardplanten: Zomereik; soms andere soorten eik. De voorkeur gaat uit naar hoge bomen die op zonnige plaatsen groeien.


Nectarplanten: De vlinders voeden zich vooral met honingdauw; soms met nectar van sporkehout, boerenwormkruid, braam of distels. 's Morgens komen eikenpages soms naar de grond om te drinken van dauw of water uit vochtige aarde.

 

Locaties in Eemland: o.a. Monnikenbos, Vliegbasis, Stulp, Lange Duinen

 

Link:

Vlindernet

 

Bron: www.vlindernet.nl